Nieuwebildtzijl, 11 augustus 2023

Moshommel tot slechtvalk dankzij bloemstroken en natuurdijk

De Koedijk in oostelijke richting gezien. Foto: Jaap Schaaf

Bloeiende bloemenstroken geven de akkers in Noord-Friesland de laatste jaren meer kleur. Wie ze van dichtbij bekijkt, ziet hoe de natuur profiteert: het krioelt er van de hommels en vlinders. Dankzij natuurlijker beheer groeit ook een historische dijk op Het Bildt uit tot toevluchtsoord voor vlinders en vogels. Zelfs de grauwe kiekendief en slechtvalk laten zich zien.

Erwin Boers

"Sjoch, dęr sit der ien", zegt Gerrit Tuinstra van Landschapsbeheer Friesland. Hij staat in een strook vol bloeiend bijenvoer (phacelia) en wijst naar een insect met een geel achterlijfje: de moshommel.

Het is een zeldzame soort, net als de grashommel die in deze omgeving ook voorkomt. Moeiteloos wijst Tuinstra tussen de bloemen nog veel meer soorten aan: de steenhommel, de aardhommel en akkerhommel.

Zoveel insecten verwacht je niet meteen in het strakke landschap van Het Bildt. De phacelia bloeit naast de aardappel- en graanakkers van Tjeerd Polstra. Hij is aangesloten bij Agrarisch Collectief Waadrâne, dat de aanleg van vogelakkers in noordelijk Friesland stimuleert. Dat helpt: je ziet hier de vogels en insecten profiteren van de bloemen en zaden.

Dit sluit aan bij de idealen van Stichting van Panhuys, die een groot deel van deze landerijen in eigendom heeft. "Een paar jaar geleden heeft de stichting ook de Koedijk zelf aangekocht", vertelt rentmeester Wendy de Reus. De historische slaperdijk loopt van Vijfhuizen naar Nieuwebildtzijl.

De stichting zoekt met hulp van Landschapsbeheer naar een ander type beheer. "Een bloemendijk zou heel mooi zijn", zegt De Reus. In de Betuwe bestaan hier voorbeelden van, maar zoiets is best lastig en duur. "Er komt wel wat struweel", zeg De Reus. Plukjes meidoorn, vlier of andere inheemse struikjes bieden straks voedsel voor insecten en vogels.

Kleurige vlinder

Vroeger liepen er schapen op deze dijk. Dat is een primanatuurvriendelijke manier van beheer, vindt Landschapsbeheer. De hekken zijn echter versleten en de eigenaar ziet liever een andere invulling. "We willen hier liever geen vee meer op hebben", vertelt De Reus.

Er komen wel wilde planten op, want de dijk wordt slechts een keer per jaar gemaaid. Zoiets simpels als de brandnetel is al een grote verrijking voor vlinders. Tuinstra wijst op rupsen van de kleine vos: een kleurige vlinder die je hier ook ziet fladderen.

Verderop staat de witte dovenetel. Die bloeit al in het voorjaar en is vooral dan een belangrijke nectarplant voor hommels, vertelt hij. Aan de zuidzijde verbrokkelt de dijk en wordt de grond zichtbaar: dit levert ‘steilrandjes’ op, waar vooral solitaire bijen gek op zijn. Sommige soorten bouwen hier hun nesten in.

"It miggelet hjir fan de sprinkhoannen", zegt Tuinstra, die dadelijk een kustsprinkhaan vangt voor de foto. De bruine sprinkhanen ziet hij hier eveneens. Rolklaver is ook belangrijk, vertelt hij. Hierop zitten de rupsen van het icarusblauwtje. Op verschillende soorten ooievaarsbek komen rupsen van het bruin blauwtje af.

"It miggelet hjir fan de sprinkhoannen"

Het belang van de Koedijk is dus groot: "Sokse linen yn it lânskip binne belangryk as ferbining foar de natoer." Het past binnen het landelijke Aanvalsplan Landschap. Doel is om ‘10 procent groenblauwe dooradering’ aan te brengen in het agrarisch cultuurlandschap.

De dijk en de bloemen trekken muizen aan, wat goed is voor roofvogels. In de lucht ontwaart hij een jagende kiekendief. Niet alleen de bruine, maar zelfs de grauwe kun je hier zien vliegen. Deze zeldzame vogel dook eerder al op in Groningen, nadat hier natuurlijke akkerranden waren ingericht.

Langs de rand van de dijk staan doodgespoten distels. Dat blijft een lastige plantensoort: vlinders en hommels zijn er gek op, maar boeren beslist niet. "Dat begryp ik ek wol, sy wolle se net op de ekers ha", zegt Tuinstra.

Bron: Leeuwarder Courant