Voetballen willen ze. Gewoon, op een trapveldje ergens in de buurt, met een paar goaltjes en misschien een hekje er omheen. Maar voor de jeugd die net geen kind meer is, valt er weinig te beleven in Sint Annaparochie. Waar ze wel hun balletje trappen, reageren buurtbewoners geïrriteerd.
Wim IJkema (15), Daniël Lindenhovius (15) en Kewin Koers (13) pikken het niet langer. Toen ze hoorden dat de Bildtse gemeenteraad gisteravond over het buitenspeelbeleid ging praten, aarzelden ze niet langer. Ze deden er zelf hun zegje.
"De laatste tijd klagen veel ouders dat kinderen te veel binnen zitten bij dit mooie weer. Maar ja, waar kunnen we heen? Hier op Het Bildt zijn niet veel plekken waar de jeugd zich kan vermaken", begint Wim.
Waar wel een trapveldje is, zijn de jongens niet welkom. "Het veldje van asfalt bij basisschool It Fonnemint mogen we niet gebruiken, terwijl het heerlijk speelt", weet Daniël. Alleen tijdens schooluren mag er gespeeld worden, zo heeft de gemeente afgesproken met de omwonenden. Daarna gaat het hek dicht vanwege de overlast.
Hun leeftijdsgenootje Nathan Pander deed hier deze week al zijn beklag over in de Bildtse Post. Wel tachtig handtekeningen verzamelde hij van kinderen die graag willen dat het veldje openblijft. "Wij gaan nog meer handtekeningen verzamelen", verzekert Kewin.
Dan is er nog het veldje aan de Nassaustraat waar de vader van Kewin al lang geleden goaltjes bouwde. "De goaltjes zijn niet hufterproof en weerbestendig. Deze week ging er eentje kapot, omdat het verrotte hout onze krachtige schoten niet meer aankon", zegt Kewin.
Daar kwam nog bij dat de gemeente deze zomer het zwembad sluit voor renovatie. "Dus kunnen we helemaal nergens meer sporten en spelen. En als we niks te doen hebben, gaan we ons vervelen en uit verveling doe je soms rare dingen."
De noodkreet van de drie viel in goede aarde bij de raad. Die drong er bij wethouder Hans Kaper op aan weer te gaan praten met de buurtbewoners van het fijne veldje bij het Fonnemint. Dit zegde hij toe, al gaf hij de jongens weinig hoop. Kaper spoorde de drie aan zelf met een plan te komen. Wim: 'Dat gaan we zeker doen. En dan hoop ik dat het veldje er niet pas is als wij twintig zijn."
Bron: Leeuwarder Courant
