Bijna iedereen heeft ze, vaste rituelen op zaterdag of zondag. In deze rubriek aandacht voor zo’n weekendmoment. Deze week Jacob de Haan, Dirk van Tuinen, Wiebren Steensma en Sjoerd Meijer, zaterdag 8 uur.
FOTO EN TEKST GITTE BRUGMAN
Bij binnenkomst in het Meijer Motorenmuseum in Sint Jacobiparochie ruikt het lekker naar smeerolie en motorvet. Op een rij staan oude scheeps- en stationaire motoren opgesteld. De oudste is een Loog Landaal uit 1898, de jongste stamt uit 1937.
In blauwe overalls gestoken scharrelen Jacob de Haan, Dirk van Tuinen, Wiebren Steensma en Sjoerd Meijer hier zaterdagmorgen rond om de machines draaiende te houden, of in de werkplaats andere te herstellen. Sjoerd en Dirk zijn met pensioen, de anderen komen als ze kunnen. Dirk: "At je ouwer worre, gaat ’t fan kwaad naar erger. Wy dinke dat wy minder tiid over hewwe, dus komme wy faker en werke wy langer."
De mannen verzamelen om acht uur, drinken koffie en nemen even de
week door. Daarna pakken ze de oliespuit of de baco en slaan aan het sleutelen. "’t Is ’n út de hând lopen hobby fan Sjoerd", zegt Dirk. Sjoerd: "Wy mosten ooit ’s ’n moter in ’n skip bouwe. Der kwam ’n ouwe moter út dy’t wy houwe mochten, ’n Junkers." Sjoerd had toen nog geen rijbewijs, dus hij moet zo’n zestien, zeventien jaar zijn geweest.
In de winter van ’78-’79 bouwden ze een loodsje, met ‘de kajuit’ als koffiekamer. "Kyk, d’r sit ’n petriispoort in as rútsy." Bovendien hangen er foto’s van schepen aan de wand, tussen de tientallen boeken in de bibliotheek.
Inmiddels is er een museum gegroeid rond de verzameling. De techneuten geven hier jaarlijks rondleidingen aan geïnteresseerde groepen zoals het Genootschap van Nieuwsgierige Mensen. Op 24 mei houdt de Oude Trekkers- en Motorenvereniging hier een open dag. Als op 15 juni de oude trekkers hun Elfstedentocht rijden, steken ze hier aan voor een stevige maaltijd. En ook in het weekeinde van het Historisch Ouwedykster Oogstfeest (6 en 7 september) is het museum open.
"De saterdegoffen is ’t rustpunt in de week", zegt Jacob. "At ik hier niet komme kon, sou ik my ferfele", denkt Dirk. Het komt allemaal door hun liefde voor techniek. Wiebren: "’t Is leuk dat je derover prate kinne at der groepen komme." Sjoerd: "Je wille dut niet in de steek late. ’t Is doch ’n bitsy je kyndsy."
