Sint Annaparochie, 29 novimber 2008

    Rokers, bedankt

De bijdrage van Jacob Noordmans over de zondige roker (LC 17 november) getuigt van een beperkte en eenzijdige visie op deze 'betreurenswaardige mensensoort'.

TJEERD KOELMANS

Jacob Noordmans stelt dat wel of niet roken een sociale en dus ethische of zedelijke kwestie is. Daarnaast nog een zaak van leven of dood en daarom ook nog een geestelijke kwestie. Dat zal allemaal wel waar zijn, maar het gaat mij er om de grote voordelen die de rokers de niet-rokers bezorgen eens te belichten en deze beklagenswaardige lieden de dank te betuigen die hen toekomt.

Noordmans stelt dat niet-ro-ken niet slechts mensenlevens 'bespaart', maar ook miljarden euro's aan ziektekosten. Beide stellingen zijn echter onjuist. Immers, ook een niet-roker overlijdt, veelal ook aan kanker, maar gemiddeld vijftien jaar later dan de roker. In die eindfase van de verlengde levensduur wordt het grootste deel van de medische kosten veroorzaakt.

Zonder twijfel is de roker veel goedkoper voor de zorgverzekeraar dan de niet-roker. Het gevolg van het vroeger sterven van de roker voor de pensioenfondsen is evident gunstig: na veertig jaar premiebetaling gaat hij dood en ziet geen cent terug van zijn premies.

Aangezien de passief mee rokende partner daardoor ook eerder overlijdt, treedt nogmaals een gunstig effect op. De pensioenpremie en de premies voor ziektekosten en arbeidsongeschiktheidverzekering blijven prettig laag, dankzij de rokers. Tijdens hun rokende leven dragen de rokers miljarden bij aan de schatkist in de vorm van tabaksaccijns. Daardoor kan de belastingdruk iets minder schandalig hoog zijn dan in het geval de rokers zouden stoppen met hun droevige verslaving.

Deze eeuw zullen een miljard mensen hun leven aan de sigaret verliezen, treurt Noordmans, alsof ze anders het eeuwige leven zouden hebben gehad. Gezien de problemen die de desastreuze overbevolking op aarde veroorzaakt, dienen deze rokers met respect te worden behandeld, want zij verlichten het probleem. Het is bijzonder kortzichtig van de overheid om het roken te verbieden, ook daar waar het de niet-rokers geen last bezorgt. Dus in hun eigen rookholen, met zelf ook rokende bediening en met grote doodskoppen op de vensterruiten geschilderd, ter waarschuwing van de niets vermoedende passant.

Ik pleit daarom voor een nieuwe vorm van apartheid, zodat beide mensensoorten zich gescheiden van elkander kunnen ontwikkelen. Een consequente houding van de overheid zou vanzelfsprekend een algeheel tabaksverbod betekenen, maar uit electorale en fiscale motieven zal dat er niet van komen.

Bron: Leeuwarder Courant