Sint Jacobiparochie, 16 november 2013

Denken en dromen in aardappels

De klanten van Theo Modder komen voor 'de snackhutexperience'. FOTO CATRINUS VAN DER VEEN (gescand)De krachten nemen af en een opvolger is er niet. Toch geniet aardappelman Piet Hoekstra van de Oudebildtdijk nog van elke dag.

TIM FIERANT


Voor de foto buigt Piet Hoekstra, aardappelboer en vooral ook hoeder van Bildtse gewassen, zich over een tot de rand gevulde aardappelkist. Zijn blik verzacht. "Pak even een paar mooie in je handen", dirigeert de fotograaf. Waarop Hoekstra pareert: "Ja maar ik fyn se allegaar mooi."

Het klinkt bijna verliefd als hij het zegt, maar Hoekstra heeft dan ook een bijzondere relatie met gewassen, van ui tot aardappel tot tarwe.

De jonge tarwe steekt op deze zonnige dag laat in oktober net rijendik boven de klei. Nieuw begin. "Mooi nou, 't gaat weer deur."

Piet Hoekstra: gelauwerd beschermheer van alles wat er ooit op het Bildt groeide. Van boekweit tot hopperupsklaver, van spruitkool tot cichorei, het is hem allemaal even lief. "Dy waardering foor ouwe gewassen, dat is wat myn leeftijd met my doet. Hoe ouwer ik wor, hoe meer waardering ik krij foor wat weest het."

Alles wijkt

De aardappel, die was er altijd al. Hoekstra werd in 1948 aan de Oudebildtdijk geboren als zoon van aardappelboer Hendrik Hoekstra. "Dy bând met de irpel is letterlik met de paplepel ingoaten. Bij ôns thús gong't altyd over irpels. Elk fesy, elke ferjareg most him anpasse. Want at de irpel tijd fraagt, dan wykt alles."

Als jochie van zes, zeven jaar oud werd hij al door zijn vader op de trekker gezet. "Je hoefden him alleen maar rechtút te sturen. D'r kon niks gebeure." Op zijn twaalfde trok de jonge Piet voor het eerst zelfstandig de cultivator over zijn vaders akker.

"At de klik met de irpel d'r niet is, motte ie gyn boer worre." Maar tussen Piet en de aardappel klikte het al snel. Samen met zijn broer Renze stapte hij in het familiebedrijf. "Wy dinke en drome in irpels. 't Is 'n gefoel. Elke kist is 'n ferhaal."

In 2005 werd Hoekstra gevraagd mee te doen aan het oogstfeest ter ere van het vijfhonderdjarig bestaan van het Bildt. Hoekstra bedacht een gewassenveld, waar ze alle gewassen die ooit op het Bildt geteeld waren opnieuw op één perceel zouden gaan telen. Het lukte.

"'t Gong soa best. Maar doe't wy 't lând weer oprúmme mosten, deed my dat wel seer." Een paar weken later, zittend op de combine, bedacht hij het Bildtse Gewassen Kaart- en Kwartetspel. "Soa blyf 't projekt levend. Ik hew met sin 'n kwartetspel bedocht, soadat de jeugd der ok wat aan het. Want dy fâlt faak bútten de boat."

Met het uitlichten van de oude gewassen raakte Hoekstra een snaar bij het publiek. Wie een agrarisch project had, wist hem te vinden en de evenementen rond gewassen stapelden zich op. "Ik sêg faak: 'At je wat goed doen, worre je straft met meer'."

'D'r is nou meer begrip foor
ôns werk, en dat is belangryk'

Kunst

In 2008 raakte hij betrokken bij de Bildtse Aardappelweken, waar kunst en landbouwtechniek hand in hand gingen. Kunstliefhebbers schoven aan bij aardappelmaaltijden op het boerenerf; in de schuren hing allerhande kunst.

Een echte kunstman is hij niet, zegt Hoekstra, al liet hij de plaatselijke toneelvereniging jarenlang in de schuur opvoeringen houden. "Ik hew dochs 't meeste plezier in 't organiseren fan evenementen. Dat is myn hobby. 't Hoeft gyn kultuur te wezen, 't mâg ok wel 's wat âns weze." In 2012 kreeg hij de Bildtse Kultuurprijs voor zijn 'brede en jarenlange inset foor de Bildtse kultuur fanút't agrarys perspektyf'.

Volgens Hoekstra hebben de Aardappelweken de kloof tussen burger en boer verkleind. "De burger ston bij de boer op 't hiem. D'r is nou meer begrip foor ôns werk, en dat is belangryk. Kyk, in de oogsttijd werke wy faak tot laat, met faak groat materiaal. Dut is nou een keer 'n landbougebied, kin je sêge. Maar soms wort 't as storend erfaren. Sont de Aardappelweken spreke wy nander makkeliker an."

De tweede editie van de Aardappelweken, in 2012, kostte Hoekstra naar eigen zeggen zevenhonderd uur werk. "'t Wort hyltyd heftiger." En in de aanloop naar Culturele Hoofdstad 2018 zal het er allicht niet rustiger op worden. Het bestuur van de Bildtse Aardappelweken attendeerde de organisatie erop dat er vanuit FriesIand al jaren pootaardappelen naar Malta worden verscheept, die later terugkomen als Malta's. En laat de Maltese hoofdstad Valetta nu net samen met Leeuwarden culturele hoofdstadvan Europa zijn in 2018.

Een leuke link, die zowel Hoekstra als de organisatie laaiend enthousiast maakte. En dus was er na een avondje brainstormen ineens dat plan. Een 12 kilometer lange eettafel op de Oudebildtdijk, voor het langste aardappeldiner ooit. Hoeveel aardappeleters zijn dat wel niet? Hoekstra weet het zo niet. "Feul."

Hij is enthousiast, maar hoopt wel dat ze hem vanuit de provinciehoofdstad wat vrijheid gunnen. "Ik wil straks niet foor elke spiker na Lúwt om te fragen of ik die dêr wel slaan mâg. Se motte ôns wel'n stik frijhyd geve."

Kollumer Erwt

Tussen de bedrijven door redde hij ook de Kollumer Zoete Erwt nog van de ondergang. Vlak na 't Bildt 500 werd hij door het Kenniscentrum voor Friese Gewassen gevraagd de toen zieltogende erwt weer te gaan telen. Inmiddels is er weer een bloeiende teelt in Zoete Erwten, die nu zelfs het Waddengoud-keurmerk dragen.

De laatste jaren waren tropenjaren, zegt Hoekstra. Nu, op zijn 65ste, merkt hij dat het lichaam soms hapert. Gas terug dus. Hoe komt het met het bedrijf, dat zijn vader in de vroege vorige eeuw begon? "Dan komme je op 'n teer punt", zegt Hoekstra, terwijl in zijn ogen tranen beginnen te glimmen. Twee dochters heeft hij, die allebei voor een bestaan buiten het boerenleven kozen.

Even schokken de schouders en legt Hoekstra het hoofd in zijn handen. "Wy hadden 'n seun. En dy had d'r wel gefoel foor." Hij knikt naar een foto van een vrolijke jongen op een heftruck. Zoon Hendrik overleed in 1997 zeventien jaar oud. Hij had zijn vader moeten opvolgen. Het mocht niet zo wezen. En nu komt het einde van het familiebedrijf in zicht.

Hoekstra verontschuldigt zich voor zijn tranen. Maar het gesprek is daags na de grote brand in het Leeuwarder centrum. En die brand haalde een andere wond in Hoekstra's leven open. In 1967 brandden huis en boerderij tot de grond toe af. "Wy hadden niks meer. Maar de natuur draait deur. 't Lând waar krekt insaaid, en dan bin je wiis dat je 't spul begin augustus weer thús krije." Net als in Leeuwarden nu, stond de buurt toen op. "Se saiden: we staan d'r. Hait sliep bij de buren, ônze irpels konnen bij 'n ander in 'e skuur."

Notenboom

Het verdriet maakte dat de scherpe randjes erbij hem afgingen. "Je mot niet alles betaald hewwe wille. Deuze wereld sit miskien soa innander, maar ik niet." En dus krijgen vrienden op de Ouwe Dyk die iets te vieren hebben een notenboom van hem cadeau. "Die stonnen hier froeger overal. Faak bij de foordeur, om mîgen te weren."

Dat gebruik verdween, maar laat het maar aan Piet Hoekstra over om de bomen weer terug te kweken. Vijftien notenbomen staan er alweer, allen minstens 4 meter hoog, van Westhoek tot Oudebildtzijl. "'n Duur kado, maar wel mooi."

"Met dy irpels en de natuur is't soa ingewikkeld. Dan dinke je dat je't snappe, maar dan het de natuur't weer soa foornander dat 't dochs weer âns gaat. Dat frustreert je soms, maar 't is ok de natuur. In '83 hadden wy de irpels krekt begin juni in'e grônd. Normaal is dat al half april. Maar na de seumer hadden wy dochs weer knappe irpels. Wy klage wel 's, wy moppere: te nat, te droog. Maar wy hewwe altyd oogst. En dat is niet overal op'e wereld soa."

Gewaagd naar wat hij nog achter wil laten, noemt hij een grensverleggend apparaat, dat volautomatisch labels op aardappelkistjes niet. Eigenlijk had hij het deze maand al willen presenteren op de Agritechnica in Hannover, de grootste landbouwwerktuigenbeurs in Hannover. "Maar dat ontsnapt my. Fabrikanten happe niet makkelik."

Aardappels. Het liefst heeft hij ze nog elke dag op zijn bord. En als het even kan: de Rooie Star, zijn favoriet. "Maar 't mâg niet te eensijig, dus saterdegs mot d'r wat âns gebeure. Dan is't rys, pasta of nasi. Maar dan foed ik mij, dan eet ik niet.'t Binne gyn irpels."

Bron: Leeuwarder Courant