Vrouwenparochie, 11 oktober 2008

'Heksenjacht' op tractoren

De landbouwmachines zijn groter geworden, het begrip van de burger voor de boer kleiner. Foto LC/Wietze Landman (gescand)

Het aantal verkeers-ongevallen in Nederland daalt. Maar die waar landbouwwerktuigen bij betrokken zijn, nemen juist toe. Aanleiding voor de Friese politie om het landbouwverkeer dit najaar extra onder de loep te nemen. En dat is loonwerkers niet ontgaan. "It liket wol in heksenjacht."

Aan Dirk van der Meulen

Zoon Allard (36) en vader Marten Miedema (61) roeren in hun koffie. Ze hebben wel even tijd voor een bakkie en een praatje. Zij en hun tien medewerkers van loonbedrijf Miedema in Vrouwenparochie doen het deze regenachtige dag rustig aan.

In een van hallen van het nieuwe bedrijfpand staat een enorme suikerbietenrooier. Met een lengte van 12 meter, een hoogte van 4 en een breedte van 3 meter is het de grootste landbouwmachine in het wagenpark van de Miedema's. Dat bestaat verder uit 10 trekkers van 100 tot 200 pk, 2 laadschoppen, 2 mobiele kranen, een rupskraan, een hakselaar, een aardappelrooier, 4 maaidorsers en nog een aantal silagewagens, kippers en meststrooiwagens.

De discussie is of al deze werktuigen nu wel of niet veel groter zijn dan vijftien jaar geleden. En of de verkeersveiligheid met deze kolossen nu wel of niet in het geding is. Marten Miedema betoogt dat landbouwvoertuigen vroeger ook omvangrijk waren. "Sjoch mar nei dy alde terskmasines."

Hij concludeert dat de kritiek op grote landbouwvoertuigen, denderend over kleine wegen, voortkomt uit de afnemende verbondenheid met de landbouw. Zelfs in een agrarische gemeente als Het Bildt, is die tanende. "Skoalbern witte net mear dat sûker út in byt komt." Er is daardoor geen begrip meer voor het feit dat loonwerkers met de voedselvoorziening bezig zijn, stelt hij. "Froeger hie Aldebildtsyl fjirtich boerearbeiders. Dy warskôgen harren bern as der mei grut materieel útriden waard."

Allard Miedema: "No is der foaral ergernis." Laatst, op een avond, stond hij muurvast op de Oudebildtdijk doordat auto's deels op de weg stonden. "Poerlilk bin se dan ast se fregest om de auto even oan de kant te setten."

UITHAAL

Illustratief in dit verband is de harde uithaal van Jan From, Fries statenlid van 'boerenpartij' CDA. In een bijdrage in deze krant hekelde hij de vele voordelen voor landbouwtrekkers die al maar



breder en groter worden. "Eigenaren hoeven geen wegenbelasting te betalen, geen provinciale opcenten, profiteren van accijnsvrije rode diesel." En dat terwijl ze het wegennet belasten en een gevaar vormen voor de verkeersveiligheid.

Allard Miedema brengt daar tegen in dat de maximale breedte al jaren 3 meter is. Vanaf 2,60 meter is een zwaailamp verplicht en vanaf 3 meter moet een ontheffing aangevraagd worden. De maximale snelheid is al enkele decennia 25 kilometer per uur, terwijl 40 kilometer wordt gedoogd.

Wel is het zo, erkent hij, dat het aantal grote trekkers toeneemt en dat ze vaker op de openbare weg vertoeven. Dat is een gevolg van de schaalvergroting en de intensivering van de landbouw. Daardoor ligt er meer land op afstand van de boerderij en heeft de maïsteelt een hoge vlucht genomen. Deze ontwikkeling is niet te keren, betoogt Marlen Miedema. "Wy moatte folgje oars rede wy en de boeren it net."

CONTROLE

De politie heeft vanaf 22 september vorige week de controle op landbouwverkeer opgevoerd. Er wordt vooral gecontroleerd op de verlichting en de technische staat van de werktuigen.

De Miedema's zijn slecht te spreken over het politieoptreden. "It liket wol in heksenjacht", merkt Marten Miedema op. Laatst werd een medewerker na een lange dag hard werken aangehouden, omdat een klein remlampje het niet doet.

Ook het verlies van maïs op de weg wordt de vervoerders aangerekend. De controle van de spiegels vinden ze helemaal overdreven. "Der mei gjin spotsje modder opsitte."

Is de loonwerkerssector dan doof voor alle kritiek? "Nee. Ek leannwurkers fertoane 'haantjesgedrag'", erkent Marten Miedema. "Mei trekker en swaailjocht troch in doarp stowe. En sadwaande in oankommende kollega ferbline, dy dêrtroch mei syn masine heal yn 'e sleat bedarret. It is justerjûn noch bard." Hij heeft de bewuste medewerkers "noch even by it ear han."

De loonwerkersbranche is voorstander van strengere eisen voor het trekkersbewijs. Het verwijt dat ze Jan en Alleman een trekker laten besturen wordt ontkend. Op die grote jongens kunnen alleen werknemers met ervaring rijden, want anders onstaan er brokken en verliest een bedrijf klanten, benadrukken de Bildtker loonwerkers.

De branche is ook een voorstander van een kentekenplicht voor landbouwmateriaal. Daardoor zijn trekkers beter traceerbaar. Maar als compensatie willen ze dan ook op de provinciale weg rijden. "No wurde wy faak nei de ventwegen ferdreaun. Wylst der de measte ûngelokken barre mei al dy fytsers."

Bron: Leeuwarder Courant