Leeuwarden, 6 december 2008

    Bij het heengaan van Anita Andriesen

'Mem foar Fryslan' stond afgelopen woensdag op de voorpagina van deze krant, boven een artikel dat in het jargon van kranten een necrologie wordt genoemd, een levensbeschrijving van een pas overledene.

Het was in onze ogen een integer en passend eerbetoon aan een zeer bijzondere Friezin, Anita Andriesen, de vrouw die zich de afgelopen jaren als gedeputeerde liet kenmerken door grote bestuurlijke daadkracht en enorme hartstocht voor deze provincie en haar inwoners.

De volgende dag kwamen we op de voorpagina en elders in de krant op het ontijdige verscheiden van Andriesen terug. In het commentaar haalde algemeen hoofdredacteur Rimmer Mulder de Zuid-Afrikaanse dichteres Elisabeth Eybers aan met de volgende regels: "Het maakt een mens opstandig en verslagen, dat iets zo trots en fonkelend als jouw geest, geblust kan worden en ophoudt te bestaan."

foto LC

Raker kan Andriesen niet getypeerd worden. Een trotse en fonkelende geest die nog lang temidden van haar man en zonen, haar naaste familie en eigenlijk van ons allen als Friezen had moeten verkeren. Maar het brok levenslust dat zij was, werd geveld door die rotziekte.

Andriesen is altijd heel open geweest, ook tegenover deze krant, over wat die ziekte met haar en haar omgeving deed en wat uiteindelijk de gevolgen ervan zouden zijn. Ze zag aankomen dat ze deze ongelijke strijd niet kon winnen en stelde zich daar publiekelijk op in, tot het laatst toe haar beste krachten gevend aan haar gezin en het gewest dat ze zo liefhad.

Een aantal lezers neemt het ons kwalijk dat we op dezelfde voorpagina als waar die prachtige dichtregels een plek kregen, prominent het bericht brachten dat Tweede Kamerlid Lutz Jacobi

de belangrijkste kandidaat is om Andriesen als gedeputeerde in het dagelijks bestuur van de provincie op te volgen.

Niet kies om dat een dag na het overlijden al te melden. We hadden tenminste moeten wachten tot na de begrafenis die dinsdag in besloten kring plaatsvindt. Zo luidt de kritiek, waarbij ons tevens .wordt verweten dat we ons te weinig hebben ingeleefd in het verdriet van het gezin-Andriesen en naaste familie.

We kunnen ons die kritiek en de emoties die de berichtgeving heeft losgemaakt voorstellen. Toch menen we dat we terecht de afweging hebben gemaakt om niet met dit nieuws te wachten.

Anita Andriesen was het meest prominente lid van het college van gedeputeerde staten. Ze had de zwaarste portefeuille, een portefeuille bovendien die voor de ontwikkeling van deze provincie van groot belang is. Niet voor niets wil haar partij, de PvdA, dat zij een goede opvolger krijgt en dat er een zo kort mogelijke periode zal zijn tussen haar heengaan en het aantreden van de nieuwe gedeputeerde. Jacobi lijkt ons in alle opzichten een serieuze en waardige opvolger.

Wij menen dat onze lezers er recht op hebben daarover zo snel mogelijk te worden geļnformeerd. Te stellen dat we daarmee in de geest van Andriesen hebben gehandeld, is een pretentie die we ons niet willen aanmeten. Maar zij straalde als geen ander uit dat we na haar dood niet bij de pakken moeten gaan neerzitten.

Bij de berichtgeving hebben we de vraag wat de impact ervan zou zijn op de nabestaanden wel degelijk meegewogen. Uit eigen ervaring weten we dat wanneer het fundament onder je eigen voeten wordt weggeslagen, het feit dat het leven van alledag doorgaat ook troost kan bieden in dat diepe en intense verdriet dat het verlies van je geliefde met zich meebrengt.

Waar leven is gloort ook weer een beetje hoop en toekomst. Dat wensen we de naasten van Anita Andriesen van harte toe.

WIO JOUSTRA plv. hoofdredacteur Leeuwarder Courant