Oudebildtzijl, 1 november 2012

Fietsje van Kleine Keizer terug in Ouwe-Syl

KISTEN VAN ZANTEN


Van links naar rechts: nazaat Joukje Rodenhuis, transporteur Rutger Visser en speurder Henk de Vries met het fietsje van Gerrit Keizer. FOTO LC/WIETZE LANDMAN (gescand)Het fietsje van de legendarische Kleine Keizer uit Oudebildtzijl is terug. Het maakte een lange omweg, van Ouwesyl, over de Rocky Mountains, en weer terug.

Romancier Jan van der Mast, die vorig jaar een boek over de Bildtse legende Gerrit Keizer - een mannetje van nog geen meter groot - schreef, zag het levendig voor zich: de 'Kleine Keizer' op een minifietsje, racend over de Oudebildtdijk. "Niemand mag erop rijden: het is geen kinderfiets!"

Als Gerrit er op reed, had hij wijnig last van vervelende jongens die hem uitjouwden, memoreert Van der Mast. In de roman 'De kleine Keizer', over het leven van Gerrit Keizer (1874-1946), wordt beschreven hoe hij altijd een stokje met een staaldraadje eraan bij zich had. Daarmee prikte hij zijn plaaggeesten in het voorbijgaan in hun vel. "Inmiddels weten de meesten wel dat ze beter uit mijn buurt kunnen blijven als ik ze passeer."

Sinds het verschijnen van het boek is de geest van Gerrit weer terug in het dorp. Iedereen heeft wel 'iets' met de piepkleine Bilkert die zijn heil zocht in Amerika en daar optrad in circussen en op kermissen' Iedereen kent het verhaal, het maakt deel uit van het collectief geheugen van de Ouwesylsters. Kinderen doen er spreekbeurten over, in de Aerden Plaats was onlangs een tentoonstelling over de kleine legende.

Bij de boekpresentatie in mei van dit jaar sprak Bilkert om utens Henk de Vries met enkele aanwezigen over de Kleine Keizer. Iemand mijmerde: 'Waar zou het fietsje van Gerrit eigenlijk zijn?' Natuurlijk, er was de speciaal op maat gemaakte Crescent (daarover schrijft Van der Mast in zijn boek), maar er moest er nog een zijn geweest: een Gazelle, uit 1920.

Dat het fietsje er echt was geweest, kon Joukje Dijkstra-Rodenhuis beamen. Keizer was haar oud-oudoom en het fietsje had ooit bij haar pake en beppe in de schuur gestaan.

Toen Henk de Vries dat hoorde, maakte hij korte metten met het voortdurende giswerk. Jongens, wie weet er iets concreets? ("Ik ben ingenieur. Ik zoek altijd evidence.") Toen was er een zekere heer Steensma die 'iets' wist: een postbusnummer in het Canadese dorpje Smithers van ene meneer Andringa. De Vries: "Toevallig heb ik daar twee neven wonen." Geloof het of niet, de vrouw van zijn neef had een vriendin die wel een Andringa kende.

Ene Dick Andringa had het kleine fietsje wel eens gezien bij de familie Bos die 'ergens tussen Edmonton en Calgary' woonde. "Mijn speurzin werd aangewakkerd", zegt De Vries. Hij stortte zich op Google Maps en pluisde menige telefoongids uit. Hij belde op goed geluk met ene Wayne Bos. "This rings a bell", zei die. Misschien dat zijn tante Joyce meer wist.

En ja hoor. Tante Joyce uit het gehucht Silvan Lake had het fietsje van Gerrit Keizer in de kelder staan. Haar overleden echtgenoot was als Canadese soldaat bij de bevrijding van Ouwesyl geweest. In de jaren zeventig keerde hij samen met zijn vrouw terug en trof het aan bij de pake en beppe van Joukje Dijkstra. "He had something historic with it", zei Joyce. En hij nam het mee.

Joyce wilde graag van het illustere rijwiel af. Henk de Vries hoefde niet lang te soebatten aan de telefoon. 'Please take it back.'

Nou wil het toeval dat er zaterdag 29 september een reúnie was van de christelijke basisschool van Oudebildtzijl. De voorbereidingen waren in volle gang toen De Vries het fietsje terugvond. Truckchauffeur Rutger Visser, al veertig jaar woonachtig in Canada, zou ook komen. Henk de Vries belde hem op en wond er geen doekjes om. "Ha Rutger. Zeg. Wil jij het fietsje van de Kleine Keizer meenemen?" Het was niet lang stil aan de andere kant van de lijn. "Ja."

Uit voorzorg heeft hij er
wel vijftig 'fragile'-stickers
op geplakt

Wat volgde was een hoop gedoe met douane en paperassen. Visser zit er nog steeds vol van: hoeveel lagen karton hij om de mini-Gazelle heen wikkelde, hoeveel de inscheping kostte en hoe bang hij was dat het allemaal niet in orde zou komen. Het was een missie, die niet mocht mislukken. Trots toont hij het pakket. Uit voorzorg heeft hij er niet een paar, maar wel vijftig fragile'-stickers op geplakt. "Er mocht niets misgaan."

Vorige week was het zo ver. Een klein ontvangstcomité wachtte Visser en het fietsje op Schiphol op. Als dank kreeg de held een krans om. Het fietsje wilde hij eerst nog een stukje zelf dragen, op Nederlands grondgebied.

Nu prijkt het in de woonkamer van Joukje Rodenhuis en haar man Bertus Dijkstra in Oudebildtzijl, op nog geen steenworp afstand waar het geboortehuis van Keizer stond. Vlakbij de plek ook waar de befaamde Friese dwerg op zijn 72ste zijn laatste adem uitblies. 'Onze Gerrit' is weer een beetje terug. Niet als een mensje van vlees en bloed, maar als een verweerd tweewielertje; net als de kleine legende goed bestand tegen de tand des tijds.

Schrijver Jan van der Mast heeft al belangstelling voor het fietsje getoond. Joukje en Bertus weten het nog niet zo net. Eerst maar eens even zelf van genieten.

Bron: Leeuwarder Courant